Europse vlaggen aan Berlaimontgebouw in Brussel

Europa? Dat zijn ook wijzelf

De manier waarop Europa de voorbije weken in haar onderhemd werd gezet, is hard ontwaken. De wijze waarop Donald Trump ons schoffeert, roept wel een fundamentele vraag op: zijn we bereid om zelf het heft in handen te nemen of blijven we als misnoegde toeschouwers langs de kant staan?

Zondebok en stoorzender

Deze vraag is zeer pertinent. Veel Europeanen kunnen zich goed vereenzelvigen met de kritiek op de EU die volgens hen veel te ‘woke’ is geworden. Daar valt zeker iets voor te zeggen. Maar de wijze waarop Donald Trump en co (extreem)rechts in de bloemetjes zet, is toch zeer bedenkelijk. Tegelijk hebben te veel politieke partijen er een gewoonte van gemaakt om Europa in hun kiescampagnes te gebruiken als onterechte zondebok. Veel van die kritiek is begrijpelijk, maar ook gemakkelijk. Zelden geven criticasters aan hoe belangrijk Europa is geweest voor onze welvaartscreatie of hoe belangrijk het is om vanuit strategisch oogpunt gezamenlijk te reageren. Dat laatste was de voorbije jaren belangrijk ten aanzien van Rusland, maar nu ook ten aanzien van de VS onder leiding van Donald Trump. 

Want, voor Trump is de EU hoe langer hoe meer een lastige stoorzender tijdens onderhandelingen met Poetin, onder meer voor het sluiten van een rauwe deal waarbij Oekraïne — en wie weet wat nog meer — wordt geslachtofferd. Veel heeft ook te maken met gevoelens van vergelding voor wat er in het verleden is misgelopen. Denken we maar aan de pijnlijke wijze waarop Angela Merkel als kanselier in 2017 en 2018 tot vervelens toe werd gedwongen om Donald Trump duidelijk te maken dat je geen handelsdeal met Duitsland kan sluiten maar enkel met de EU als geheel.

Verdeeld Europa

Zijn wijzelf daarmee voldoende gewaarschuwd? Zien wij als Europeanen nog waar onze eigen belangen liggen in deze lugubere machtsstrijd? En zijn we bij machte om die belangen boven ons buikgevoel — lees anti EU-gevoelens — te zetten? Machtswellustelingen zoals Poetin en Trump zien de verdeeldheid in onze ogen en spelen die uit in hun voordeel. 

Dat Europa er is als politieke unie, is niet eens zo vanzelfsprekend. Het is een les die we honderd jaar geleden tot scha en schande hebben moeten ondervinden. Europa is fragiel en het kan dus ook snel uit elkaar vallen bij gebrek aan eensgezindheid. In dat geval woon je maar beter niet in een klein landje dat afhankelijk is van export voor de creatie van haar welvaart.

Europa is fragiel en het kan dus ook snel uit elkaar vallen bij gebrek aan eensgezindheid. In dat geval woon je maar beter niet in een klein landje dat afhankelijk is van export voor de creatie van haar welvaart.

Idem voor wat betreft de eenheidsmunt. De euro is verre van perfect, maar dat is geen reden om hem van tafel te vegen. De eenheidsmunt is overigens een doorn in het oog van hen die de status van de dollar terug naar haar historisch niveau willen tillen. De dollar blijft de wereldreservemunt bij uitstek, maar moest door de komst van de euro op dat vlak terrein prijsgeven.

Samenwerken

Ook de intentie om werk te maken van militaire samenwerking tussen Europese landen is niet vanzelfsprekend. Maar ook hier moeten we naar onszelf kijken. Zijn we bereid om de dienstplicht terug in te voeren? Hoeveel willen we financieel bijdragen? Wat zijn we vandaag bereid om op te geven voor een meer stabiele en zekere toekomst? Durven politici ons die vraag stellen? Durven we die vraag aan onszelf stellen?

Tekenend is onze aarzeling om stappen te zetten in de richting van een grotere energie-onafhankelijkheid. Op vijf jaar tijd moesten we op het niveau van de Europese Unie 2.000 miljard euro aan gas en olie invoeren. Omdat we die som geld nooit meer terug zien, loont het om te investeren in groene energie. Wat houdt ons momenteel tegen om zo’n investeringsvisie te ontwikkelen? Zijn we daarbij bereid om elektrificatie te zien als een strategische opportuniteit? Al was het maar om onze energiemix te diversifiëren en de afhankelijkheid van geopolitiek onbetrouwbare spelers te verminderen. Idem voor wat betreft het valoriseren van onze technologische voorsprong in vergroening? Zullen we samenwerken om deze troeven niet uit handen te geven, zoals gebeurde met zonnepanelen en elektrische wagens?  

We hebben geen tijd te verliezen, maar zolang we toelaten dat oplossingen worden voorgesteld als het probleem, is de redding niet nabij. Kunnen wij als Europeanen voor de spiegel gaan staan? Zijn we bereid om vooroordelen op te geven en als rijkste burgers van de wereld een stukje welvaart te investeren in onze eigen toekomst? Veel hangt af van wat er in Brussel en Straatsburg gebeurt, maar de omwenteling begint ook bij onszelf.